Albertus Johannes werd geboren in ’s Heerenbroek op zondag 9 maart 1873 als jongste in een gezin van 6 kinderen. Zijn ouders waren Berend Westenberg en Petronella Borstlap. Hij kwam uit een echte kleermakers familie, zowel zijn broer, oom, vader als grootvader waren kleermaker van beroep.
Hij trouwde op donderdag 4 april 1895 in IJsselmuiden met Jantje Selles (dochter van Peter Selles en Marrigje Koops) Jantje was geboren in Kamperveen op maandag 5 februari 1872 en overleed op 73 jarige leeftijd op 18 mei 1945.
Zij kregen 2 kinderen:
1 Peter Caesar Frank * 20-01-1904 † 07-02-1906
2 Berend Caesar Frank * 20-01-1904 † 09-02-1906
Beide kinderen overleden aan de Spaanse griep.
Als op 30 september 1902 gemeenteveldwachter Hendrik Mondriaan vertrekt naar Zalk, wordt in zijn plaats op 1 oktober 1902 Albertus Johannes Westenberg aangesteld.
Albertus Johannes Westenberg in Wilsum beter bekend als Rooie Bart, was van beroep smidsknecht, boerenknecht, jachtopziener en veldwachter.
Naast zijn werkzaamheden van gemeente veldwachter was Westenberg opzichter van de wegen, landerijen en de begraafplaats, havenmeester, belast met het opwinden van de torenklok, aflezen van de kerkespraken , schoonhouden van de brandspuit en ambtenaar van de plaatselijke belastingen, voor deze werkzaamheden, boven op die van veldwachter kreeg Westenberg jaarlijks een gratificatie van 40 gulden.
Ook stak hij de kachels in de school aan waarvoor hij een gratificatie kreeg, die op 7 februari 1918 verhoogd werd naar 25 gulden, echter op 11 februari 1919 vraagt hij aan het gemeentebestuur of deze verhoogd kan worden tot 35 gulden, wegens de tegenwoordige dure tijden en de vele werkzaamheden ook op de
zondagen hier aan verbonden.
De gratificatie werd verhoogd, maar niet tot 35 gulden maar tot 30 gulden.
In 1911 werd er in Wilsum de boerenleenbank opgericht, volgens de burgemeester was nog het moeilijkste om een goede kassier te vinden, die het vertrouwen van de ingezetenen genoot en ook enigszins met administratie bekend was.
Er waren slechts twee personen in het dorp die daarvoor in aanmerking kwamen, namelijk het hoofd van de openbare school, H.B. van Veen en de veldwachter A.J. Westenberg.
Aangezien H.B. van Veen werd benoemd als voorzitter van het bestuur van de boerenleenbank, kozen de leden veldwachter Westenberg als kassier.
Veel werk zal Westenberg in het begin niet gehad hebben als kassier, want hij hoefde slechts 1 uur per week zitting te houden.
Op 20 maart 1929 koopt Westenberg een stuk land dat tijdens de werkverschaffing in de
jaren 30 werd afgegraven en de naam “de Putten” zou krijgen. Het werd gebruikt als ijsbaan en later door Westenberg aan de IJsclub geschonden.
Dat zelfs het huis van een veldwachter niet veilig was voor het dievengilde blijkt uit een artikel uit de Kamper Courant van 21 juli 1936.
In den afgeloopen nacht is een zeldzaam brutale inbraak gepleegd te Wilsum waarbij, al hebben de daders ( of is het er één geweest?) niet den gehoopten slag kunnen slaan, zij toch rond f 140, — hebben buitgemaakt. Zeldzaam brutaal, om de plaats der handeling: de woning van veldwachter Westenberg; al even brutaal om de rust waarmee blijkbaar de dader heeft gehandeld.
Onder één dak met het raadhuis te Wilsum is de woning voor den veldwachter, die tevens is kassier aan den Boerenleenbank. De “ hij” of de “zij” zijn door het uitsnijden van een ruit van de raadkamer binnengekomen; hebben de brandkast van de Boerenleenbank opgenomen, maar geen toegang vindende zijn zij aan het zoeken gegaan naar de sleutels. Welke niet zijn gevonden. Wel honderd en veertig gulden, die los in een kast lagen.
En met die goede buit zijn de enkeling of het tweetal heel voldaan vertrokken! Tot nu toe zonder spoor.
De dader zou later toch nog opgepakt worden.
In 1936 vraagt, en krijgt Westenberg vergunning om een huis te bouwen op een stuk land dat ”de Bree” genoemd werd, met het huis nummer 39c dat later Westenbergstraat 32 werd, hier wonen nu de familie’s Schreuder en Barneveld in.
Achter het huis had hij een grasweide met een schuur waar hij geiten en bokken hield, de oudere Wilsummers herinneren zich nog de bok “Blikman”.
De inbraak in 1936 is voor de Burgemeester van IJsselmuiden -waar Wilsum sinds de samenvoeging met Grafhorst , Zalk en IJsselmuiden, 1 januari 1937 onder viel- de aanleiding om vervroegt -op 64 jarige leeftijd- eervol ontslag aan te vragen, met instemming van Westenberg zelf. De reden hiervoor is de doofheid van de veldwachter, en hoewel er geen klachten waren over zijn politie dienst, meende de burgemeester toch op grond van zijn doofheid per 16 maart 1937 hem eervol ontslag te verlenen.
Westenberg bleef echter wel opzichter van de gemeente landerijen in Wilsum, totdat hij op eigen verzoek hiervan werd ontslagen per 1 juli 1952. Wat hem “op de meest eervolle wijze ontslag en onder dankzegging van de vele langdurige diensten aan de gemeente bewezen” werd verleend.
In 1952 werd het Achterpad vernoemd naar Westenberg en kreeg de naar Westenbergstraat.
Albertus Johannes overleed op 84 jarige leeftijd in het ziekenhuis van Kampen op woensdag 10 juli 1957, een klein artikel stond er over in het Kamper nieuwsblad van 13 juli 1957:
Bart Westenberg overleden.
Een in Wilsum en ver in de omtrek bekend persoon, de oud-veldwachter van Wilsum,
A.J. Westenberg, beter bekend als Bart, is in de nacht van dinsdag op woensdag in het ziekenhuis te Kampen, waar hij werd verpleegd, op de leeftijd van 84 jaar overleden.
In het leven was hij 46 jaar kassier van de Boerenleenbank te Wilsum.
Een straat, de enige straat in Wilsum is naar hem genoemd. Hedenmorgen is de overledene te Wilsum ter aarde gesteld